Een groep van veertig hoogleraren, oud-bestuurders van pensioenfondsen en oud-topmanagers heeft de politiek opgeroepen de strenge pensioenregels te versoepelen. In een open brief aan de Tweede Kamer schrijven ze dat het pensioenstelsel niet moet worden opgehangen aan de risicovrije rente, maar rekening moet houden met de rendementen van pensioenfondsen. Het pleidooi komt overeen met een soortgelijk voorstel dat de VCP al in mei op tafel had gelegd, bij de onderhandelingen over een nieuw pensioenstelsel. De VCP kan dit pleidooi dan ook van harte onderschrijven.

Uit het lood

Volgens de ondertekenaars van de brief is er voortdurend sprake van ‘pensioenpaniek’, en dat terwijl Nederland een uniek grote hoeveelheid pensioengeld heeft, van 48 maal de uitkeringen van 2018 – naast de binnenstromende premies, die voorlopig nog de uitkeringen ontstijgen. “Hoe kan het nu dat er zoveel geld is, dat er nog steeds zoveel geld door de pensioenfondsen wordt verdiend en er toch zulke grote problemen zijn?”, vragen ze zich af. De briefschrijvers hekelen de wijze waarop Nederland zich ‘in de put rekent’ met de huidige regels en met name de risicovrije rekenrente van tegen de 0%. De rekenregels worden ‘in extremis’ aangehouden en lijken ‘soms welhaast te worden verdedigd om te kunnen korten’.

Rente versus rendement

Over het algemeen wordt het merendeel van de pensioenvermogens aangehouden in aandelen, vastgoed, grondstoffen, private equity, hedgefondsen en andere zakelijke waarden. Er moet immers rendement worden gemaakt. En van het deel dat in vastrentende waarden wordt belegd, wordt het grootste deel in bedrijfsleningen geïnvesteerd. Staatsleningen maken over het algemeen slechts een beperkt deel van de portefeuille uit. Maar op het rendement van dit beperkte deel rekenen we volgens de huidige rekenregels wel de hele portefeuille af. Hier gaat het dus onder andere mis.

VCP-plan transparant

In mei presenteerde de VCP een eigen pensioenplan, dat voorziet in een transparant en uitlegbaar systeem waarbij de deelnemers weten waar ze aan toe zijn en waarbij tevens rekening wordt gehouden met de factor rendement en niet alleen wordt blindgestaard op de rentecomponent binnen een pensioensysteem. “Dat plan voldoet nog steeds en daar gaan we graag het gesprek over aan”, zegt VCP-bestuurder Ruud Stegers, een van de opstellers. “Wij pleitten en pleiten voor een systeem waarin de rendementen directer vertaald worden in pensioenverhogingen en verlagingen. Om te voorkomen dat de uitkeringen daarbij ook in grote mate afhankelijk zijn van wijzigingen in de rente hebben wij toen al voorgesteld om niet de rente maar het rendement centraal te stellen. Wij hebben daarbij specifiek gekozen voor een vast rekenrendement. Ons plan is echter niet in beton gegoten, zolang bij de uitwerking van het in juni gesloten pensioenakkoord maar invulling wordt gegeven aan de vastgestelde te bereiken resultaten en te behalen doelen.”

Ondertekenaars

De brief, ondertekend door een lange lijst hoogleraren en economen, met daarnaast enkele bekende ‘invloedrijke Nederlanders’ als Herman Wijffels, Bernard Wientjes, Jeroen van der Veer en Elco Brinkman, werd zondagavond gepubliceerd bij economenvakblad ESB. Het is nog mogelijk de brief mede te ondertekenen, via een e-mail aan ESB-redacteur Yrla van de Ven (vandeven@economie.nl).

Bron: VCP

De NOV is aangesloten bij de Vakcentrale voor Professionals.
De Vakcentrale voor Professionals (VCP) behartigt alle belangen van de professionals.  De aangesloten verenigingen richten zich als belangenbehartiger op ‘het vak’ en de ‘professie’.  De professional, georganiseerd rond bedrijf en beroep, staat daarom centraal.
De Vakcentrale voor Professionals heeft tot doel de gezamenlijke sociaal-economische en maatschappelijk belangen van de leden van aangesloten werknemersverenigingen uit het bedrijfsleven en bij de overheid te behartigen.  Professionals georganiseerd rond bedrijf en beroep vind je overal: van het onderwijs tot in de zorg, van multinationals tot bij de politie, van piloot tot ambtenaar. Wij zorgen ervoor dat zij kunnen meepraten op centraal niveau. Bijvoorbeeld als het gaat om inkomen, pensioen, onderwijs en arbeidsomstandigheden.