Hoe win je een conflict!?

In mijn actieve diensttijd heb ik het geluk gehad om een aantal malen in Hohenfels te mogen zien en te evalueren hoe een eenheid het tegen Opfor op moest nemen. Een “vijand” die het terrein kende en elke maand meestal meerdere malen hetzelfde gevecht voerde. Zonder enige twijfel de moeilijkste tegenstander. Bovendien een tegenstander die expliciet wilde winnen. Daarnaast heb ik als hoofd hulpleider leiding mogen geven aan de evaluaties van alle brigade oefeningen , een Poolse divisie oefening en het certificeren van de 11 luchtmobiele brigade en dit gedurende een reeks van jaren.

Onze eenheden waren in materieel opzicht in Hohenfels door de bank genomen hetzelfde samengesteld. De verschillen lagen met name in opleiding, training, teamvorming en in het beheersen van “de kunst van het oorlogvoeren”. En hier zag je dan ook diepgaand de verschillen. Een hechte eenheid gevuld met goed, goed opgeleid en goed gemotiveerd personeel en aangevoerd door commandanten die niet alleen het boekje, het voorschrift, kennen maar zich kunnen inleven in de tegenstander en in de mogelijkheden en beperkingen van hun eigen eenheid; deze eenheden winnen. Vechten is een kunst en niet alleen techniek. De technische kennis is wel nodig als basis, maar het verschil wordt gemaakt door het overstijgen van de techniek en er kunst van te maken. Iets persoonlijks, iets unieks. Vergelijk het met schilderen, je moet de penseelvoering beheersen maar kunst wordt het door dit unieke extra. Het heeft mij jaren gekost om dit in te zien, maar ook een college van een oud generaal van de Wehrmacht heeft ertoe bijgedragen om mij dit te realiseren. Ook de Amerikaanse commandant van Hohenfels adresseerde dit expliciet en de man had echt ervaring.

De afgelopen jaren is de discussie bij Defensie vooral gevoerd over bezuinigingen, een kleinere organisatie, efficiency, de problematiek van de reservedelen. Inmiddels lekt de Doorontwikkeling Krijgsmacht (DOKM) aan alle kanten uit. Bovendien vliegen allerlei termen als technologisch hoogwaardig, agile, flexibel en adaptief als na te streven doelstellingen door de lucht.

 

De adaptieve krijgsmacht is een prima ontwikkeling, maar moet wel hierin passen en niet omgekeerd.

Wat ik mis in deze hele discussie is de mens. Hij genereert ultiem gevechtskracht. Hij leidt mensen op, traint ze en smelt ze samen tot echte en hechte teams. De commandanten die in lijn met hun chef, onvoorspelbaar zijn voor hun tegenstanders. Leiders die vindingrijk zijn, boven de stof staan, de “kunst van het oorlog voeren” op hun niveau beheersen. Dat is de grote uitdaging voor defensie. Wapensystemen kun je kopen, organisaties kun je in harken samenbrengen. Maar het niveau van “de kunst van het oorlog voeren” bereiken, daar hoor ik niemand over. Wij zijn een stel technocraten geworden.

 

Militairen werken samen met burgers

De mens levert ultiem de grootste meerwaarde maar heeft daarvoor wel goede middelen nodig. Een bekende definitie van personeelsbeleid is; het vullen en gevuld houden van de organisatie met goed, goed opgeleid en goed gemotiveerd personeel tegen betaalbare kosten. Een personeels beleid waar winnen centraal staat geeft hier antwoord op. En de vraag is nu waar legt Defensie, maar ook de politiek haar zwaartepunten. Wordt het flexibiliteit, efficiency, adaptief of het winnen van conflicten.