Auteur: lkol b.d. P. Dekkers[1]
De F-104G Starfighter is onbetwist het meest iconische vliegtuig waar de naoorlogse Koninklijke Luchtmacht (KLu) ooit mee heeft gevlogen.
Aan de D-8114 moet nog veel worden gesleuteld (foto uit archief Peer Dekkers).

De F-104G Starfighter is onbetwist het meest iconische vliegtuig waar de naoorlogse Koninklijke Luchtmacht (KLu) ooit mee heeft gevlogen. Het schitterende compromisloze ontwerp en de superieure prestaties hebben menig luchtvaartliefhebber, waaronder ook te rekenen de vliegers die het geluk hadden dit vliegtuig tijdens hun loopbaan te mogen besturen, in vervoering gebracht.

 

Evenzo was dit het geval met het unieke geluid dat de J-79 motor voortbracht bij bepaalde toerentallen, dat bij de vliegers en de vliegtuigspotters een gevoel moet hebben opgewekt dat enigszins te vergelijken is met dat van een motorrijder op een Harley Davidson die het gas van zijn V- twin eens extra opendraait bij het inrijden van eentunnel. De productie voor de Nederlandse lucht- macht en een deel van de Duitse Luftwaffe vond plaats bij Fokker op Schiphol waar tussen 1962 en 1965 in totaal 350 Starfighters in licentie werden gebouwd, waarvan er 95 voor Nederland waren bestemd. De eerste twee toestellen voor de KLu, de D-8013 en de D-8022, arriveerden op12 december 1962 op de Vliegbasis Twenthe. Twee decennia later, toen door de vervanging door de F-16 het afstoten van de inmiddels overtollig geworden F-104’s al in volle gang was, begonnen de plannen om een aantal Starfighters te behouden voor het Militaire Luchtvaart Museum (MLM) in Soesterberg vaste vorm aan te nemen. De eerste, vanzelfsprekende, keuze was de oudste kist, maar jammer genoeg was de D-8013, een fotoverkenner, al op 8 maart 1984 voorgoed naar Turkije vertrokken. De D-8022 heeft daarom gedurende vele jaren een ereplaats bekleed, in de naoorlogse hal van het MLM, en tienduizenden bezoekers hebben dit vliegtuig daar kunnen bewonderen. De overgang van het MLM naar het Nationaal Militair Museum (NMM) heeft deze Starfighter helaas geen goed gedaan. Op tamelijk respectloze wijze is het vliegtuig ondersteboven met grote stalen bouten door de vleugels aan het plafond geschroefd, en dat geeft de fans van dit vliegtuig hetzelfde gevoel als zou de Nachtwacht met spijkers door het doek aan de muur zijn getimmerd.

Enige jaren geleden kwam een aantal actieve en post-actieve vrijwilligers op de vliegbasis Volkel op het idee om een van de weinige nog in redelijke staat verkerende, overgebleven Starfighters te gaan restaureren en zoveel mogelijk in de originele, mogelijk zelfs luchtwaardige staat, terug te brengen. De keus viel op de D-8114 die voor dit doel van het depot van het museum overgenomen kon worden. In 2012 kwam het toestel aan op Volkel na jaren te hebben doorgebracht bij de TU Delft als studieobject. Een periode waar het vliegtuig zijn relatief goede staat aan had te danken, veel andere exemplaren hebben een tamelijk kommervol bestaan geleid, blootgesteld aan de elementen totdat de slijptol en de slopershamer ze uit hun lijden verloste.

Ook daarvoor kende de D-8114 een interessante geschiedenis. Oorspronkelijk afgeleverd aan de KLu op 2 oktober 1963, werd het vliegtuig ingedeeld bij de F-104 conversievlucht op Twenthe, bijgenaamd The Dutch Masters naar een toen bekend sigarenmerk van Nederlandse bodem. Het jaar erop verhuisde de D-8114 naar Leeuwarden, naar 322/323 Squadron, om vier jaar later op Volkel te belanden om te worden omgebouwd naar de  fighter-bomber rol (FBA-FBS in NAVO-terminologie uit die tijd). Opmerkelijk is nog dat, zoals de meeste laatste F-104’s in hun nadagen, het toestel nog een tijd op Leeuwarden heeft doorgebracht bij de Target Tow Flight. Hierbij werd aan een kabel een doel gesleept waarop F-16 vliegers zich konden bekwamen in air-to-air firing met het M-61 20 mm boordkanon. Ook hieraan kwam een einde toen het doelslepen door de F-16’s zelf werd overgenomen en op 18 januari 1984 was de D-8114 voorlopig de laatste Nederlandse Starfighter die vanaf de Friese basis het luchtruim koos.

De D-8114
De 8114 tijdens de vlucht (foto: Loek Mulder)

De Friese basis werd daarna nog een paar maal bezocht door F-104’s uit Italië waar er nog tot 2004 mee werd doorgevlogen. In Noorwegen was men al jaren bezig om een Starfighter in vliegende staat terug te brengen. Hier was de keuze gevallen op een tweezitter, de 637. Ruim twintig jaar na zijn pensionering had deze in Canada gebouwde kist, die in 1973 naar Noorwe- gen verhuisde, in het luchtvaartmuseum in het stadje Bodø doorgebracht om in 2003 te worden uitverkoren als restauratieobject. Alle inspanningen van de vele vrijwilligers en donateurs werden beloond toen op 28 september 2016 dit vliegtuig voor het eerst na 33 jaar weer de lucht in ging, ditmaal gevlogen door F-16 testvlieger Eskil Amdal die net zijn eerste wankele stapjes als kleuter zette toen de 637 naar het museum verhuisde. De jaren erop, in 2017 en 2018, was de 637, met zijn civiele registratie LN-STF, een gewaardeerde gast op menige luchtvaartshow in Europa, waarbij ook de Vliegbasis Leeuwarden werd aangedaan.

Helaas pakken zich donkere wolken samen boven de Noorse pogingen om het vliegtuig een luchtwaardige status te laten behouden. De problemen houden verband met de Martin Baker (MB) schietstoelen, waarvan de houdbaarheidsdatum van het rocket pack was verstreken. MB had namelijk laten weten  geen ondersteuning meer te kunnen verlenen aan producten die ‘civiel’ in gebruik waren, zoals de IQ-7A stoelen uit de 637. Zoals het er nu naar uitziet een gigantisch probleem waarvan de oplossing, als die al gevonden kan worden, een kwestie van enkele tonnen, zo niet meer kan gaan worden. Het verschijnen van de 637 boven de Europese luchtvaartshows in 2019, is dan ook uitgesloten.

Op deze foto van de cockpit is goed te zien dat de stoel ooit was bedoeld om naar beneden uitgeschoten te worden (foto uit archief Peer Dekkers).

De D-8114 zal voorlopig dan ook niet buiten de hangar gaan verschijnen. Niet alleen door het probleem met Martin Baker, maar ook de bekabeling is nog een probleem voor de groep mensen die zich met de restauratie bezighoudt. Het vliegtuig heeft namelijk zijn tijd bij de TU en daarna niet helemaal schadevrij doorstaan. Zo werden tijdens de opslag op Soesterberg door onbekenden instrumenten uit de cockpit ‘verwijderd’ waarbij de bekabeling werd doorgeknipt. Het herstel hiervan heeft jaren geduurd en onze technici grijze haren bezorgd. Gelukkig functioneert dat gedeelte weer naar behoren en kan er spanning op de cockpit worden gezet zonder dat er rare dingen gebeuren. De staart raakte tijdens het verblijf in Delft onzacht in aanraking met een hangardeur en raakte beschadigd. Ook dit leed kon met hulp van enthousiaste Volkelse plaatwerkers worden opgelost. Erger is echter de stand van zaken rond de kabelboom, de elektrische bekabeling die van voor naar achteren door de romp van het vliegtuig loopt. Deze is ooit alweer door een onbekende op lompe wijze doorgeknipt en het op trial and error basis opnieuw verbinden van de vele honderden elektrische kabeltjes is een karwei van herculische omvang. De kans dat de kist ooit weer het luchtruim zal kiezen is daardoor nagenoeg nihil, en dat nog los van de onlangs pas opgedoken schietstoel problematiek. Als er al ooit een Neder- landse Starfighter weer de lucht ingaat zal dat niet de D-8114 zijn; in het gunstigste geval zal dat een rondje taxiën over de basis worden. Maar er is hoop, er schijnt nog een betere 104 in de aanbieding te zijn, de D-5803, een TF-104G ofwel een tweezitter.

Al met al blijft de restauratie vantechnisch cultureel erfgoed in Nederland een hachelijke zaak. Onlangs nog werd nog een Catalina vliegboot, een van de laatste vliegende exemplaren in Europa, een type waar de Marine Luchtvaartdienst (MLD) jarenlang mee gevlogen heeft, als gevolg van geldgebrek aan de VS verkwanseld. Zou er in de hele Quote 500 bemensing nu niemand te vinden zijn die de historische luchtvaart een warmer hart toedraagt dan alweer de zoveelste nieuwe Bugatti of Lamborghini? Gelukkig is er ook nog wel wat goed nieuws te melden. De firma S&S Turbine Services was zo vriendelijk om bij wijze van sponsoring de stichting Dutch Starfighter Foundation (DSF) zomaar een nog in goede staat verkerende J-79 motor te schenken. Weliswaar iser nog een overhaul nodig om de certificering op orde te krijgen voordat de motor überhaupt mag draaien. Daarvoor is de DSF nog naarstig op zoek naar middelen om dit voor elkaar te krijgen. En daarbij roept zij ongegeneerd ieders hulp in om in de toekomst een werkende motor in een van onze Starfighters te hebben.

Eindnoot

  1. De auteur heeft ca. zestig uur vliegend doorgebracht in de D-8114.

 

 

De 8114 boven een van de ‘ranges’ op de Waddeneilanden (foto: Loek Mulder)

Voor die hulp kan iedereen een steentje bijdragen. Als donateur via IBAN NL90RABO0337056072; de stichting is door de belastingdienst erkend als Algemeen Nut Beogende Instelling (ANBI), waardoor uw gift voor de inkomstenbelasting aftrekbaar is ter hoogte van 1,25 maal het geschonken bedrag. Ook wordt getracht door de verkoop van merchandise wat geld in het laatje te krijgen. Tijdens de lucht- vaartdagen op de Vliegbasis Volkel in juni was de D-8114 in al zijn oude glo- rie opgesteld in Hangar 1 en trok mas- saal bekijks. En wie dat gemist heeft kan eens rondkijken op de websites:

www.dutchstarfighterfoundation.nl of www.historicalfighters.com.