Ik kan mij geen Defensienota heugen waar een zo eenduidig zwaartepunt op personeel is gelegd. De economie trekt aan, de werkgelegenheid neemt toe. Op dit moment verlaten er meer militairen de organisatie dan dat er binnenkomen, dit ondanks het langer dienen.

Voor het opleiden en trainen van mensen en eenheden, voor het zekerstellen van veilig werken, voor rust in de organisatie is behoud van personeel essentieel.

In mijn ogen zijn de volgende drie factoren bepalend, voor het al of niet behouden van personeel.

Ten eerste de overgang van fase 2 naar fase 3, ten tweede het ontbreken van carrière/loopbaan mogelijkheden en als laatste de mogelijkheden om je vak fatsoenlijk uit te kunnen voeren (oefenen, reservedelen, munitie etc.).

Wanneer wij deze factoren tegen de lat van de Defensienota leggen, dan zien wij dat voornamelijk het laatste punt, de reparatie/het benodigde geld voor het vernieuwen van voertuigen, vaartuigen, reservedelen, munitie etc., zeker is gesteld. Onder voormalig  minister Hennis was deze lijn al ingezet en deze koers wordt in deze nota versterkt doorgezet. Overigens kan het nog jaren duren voordat alle voorwaarden zijn ingevuld, maar er is tenminste nu perspectief.

Dan zijn er dus nog twee factoren die opgelost moeten worden, doorstroom fase 3 en het herstellen van carrièregang/loopbanen. Het voordeel van deze uitdagingen is dat beide om dezelfde oplossing vragen, namelijk het ruimte moeten maken binnen de organisatie. Van oudsher doen wij dit via overtolligheid en vervolgens met hele dure SBK-regelingen. Dit leidt tot angst en weerstand in de organisatie. Het is slecht voor de naam van Defensie als werkgever, het kost heel veel geld en het leidt zowel intern de organisatie als daarbuiten tot negatieve gevoelens bij (ex)defensie personeel.

De adaptieve krijgsmacht is door Defensie ontworpen om meer flexibiliteit in haar organisatie te krijgen. Defensie zoekt nu bewust contact met anderen overheden en het bedrijfsleven. In de huidige gespannen arbeidsmarkt liggen alle voorwaarden klaar om het probleem aan de bovenkant op te lossen. Zowel binnen het eigen departement, in de samenwerking met andere departementen en met externe bedrijven, waar Defensie zaken mee doet.  Hier zou dan ook het zwaartepunt van de adaptieve krijgsmacht moeten liggen.

Behoud is toch de hoofdzaak in de Defensienota. Begin eens met de militairen die langer moeten doorwerken op tijdelijke functies te zetten en zo de chaos van de afgelopen jaren op te ruimen. Bovendien kunnen wij deze militairen inzetten op burgerfuncties i.p.v. het steeds verder verhogen van de burgercomponent.  Vervolgens het inzetten op functies bij andere overheden zoals politie, douane en het onderwijs, maar dan wel vanuit de rechtspositie als defensiemedewerker. Onze onderofficieren kunnen leiding- en lesgeven. Natuurlijk moeten de andere departementen en werkgevers de normale personeelskosten aan Defensie vergoeden. Speel eens met deze opties. Dit is de adaptieve krijgsmacht, dit is werken in lijn met de Defensienota.

Dan is Defensie ook in no time één van de vijf beste werkgevers, is behoud geregeld en zal de werving volgen.

Zo moeilijk is het toch niet