Het strategisch belang van pindakaas

Redactie

Wat hebben ooit zo trotse Nederlandse bedrijven als ABN-AMRO, Bijenkorf, Connexxion, DAF, Douwe Egberts, Essent, Fokker, Van Gansewinkel, HEMA, en zo voort langs het hele alfabet, met elkaar gemeen? Het antwoord laat zich raden: alle zijn in de grote uitverkoop van de jaren negentig en daarna gegaan en het einde is nog lang niet in zicht.

De KLM balanceert en neigt steeds meer naar de afgrond van totale uitlevering
aan Frankrijk, van Philips is niet veel meer over dan de divisie medische apparatuur, AKZO-Nobel wankelt en de Belgen zijn inmiddels de fiere eigenaars van zo goed als al onze landelijke dagbladen. Een enkele keer komt een bedrijf nog weleens terug, tijdelijk zoals bijvoorbeeld Douwe Egberts, of permanent zoals ABN-AMRO. Alhoewel, het laatste was meer een geluk bij een ongeluk, dankzij kordaat ingrijpen door de toenmalige minister van Financiën Wouter Bos bij het uitbreken van de economische crisis in 2008. Bij hoge uitzondering wordt er in Den Haag soms twijfel geuit of deze hele gang van zaken wel in het belang van Nederland is, zoals destijds door premier Balkenende na de verkoop van ‘onze’ energiebedrijven Essent en Nuon. Maar voormalig minister van Economische Zaken, Maria van der Hoeven, hief haar handen ten hemel en zei dat er niets aan te doen was. Tsja, die splitsingswet hè, die was onder druk van Eurocommissaris van Interne Markt McCreevy nu eenmaal aangenomen door ons parlement. Weliswaar trekt men zich daar in Parijs en Berlijn geen sikkepit van aan, maar ja, zo werkt dat nu eenmaal in Europa. Je bent het braafste jongetje van de hele klas of niet.

Soms gloort er wat licht aan de horizon als een bedrijf zich met succes teweerstelt tegen een buitenlandse overname, zoals KPN nog niet zo lang geleden in de zaak rond de voorgenomen overname door de Mexicaanse miljardair Carlos Slim. Of bij Post NL, toen de regering vond dat het op grond van strategische overwegingen niet verstandig was de postbezorging in Nederland aan het Belgische bpost uit te leveren. Onlangs bracht het Amerikaanse levensmiddelenconcern Kraft-Heinz een bod uit op het grotere Nederlands-Britse Unilever. Tot geruststelling van velen die bezorgd waren over een verdere uitverkoop van toonaangevende Nederlandse bedrijven werd het bod enige dagen later weer ingetrokken nadat het vriendelijk doch beslist was afgewezen. Hier en daar werd zelfs geopperd dat het maar goed was dat dit strategisch belangrijke bedrijf voor Nederland was gered. Of deze reddingspoging lang stand zal houden, daarover zijn de meningen verdeeld. De tomatenketchupboeren zijn terug in hun hok, maar de fabrikant van een lange trits van merken in de cosmetica-, voedingsmiddelenen schoonmaakbranche variërend van Axe, Calvé en Conimex tot Unox en Zwitsal zal snel en stevig aan de bak moeten om meer aandeelhouderswaarde te creëren en zo toekomstige overnamekandidaten de pas af te snijden. Dat wordt dus minder winstgevende merken, zoals eertijds de beruchte Planta margarine, afstoten en zoveel mogelijk personeel de laan uit. Dan maar wat minder maatschappelijk verantwoord ondernemen. Want volgens hoogleraar economie en bestuurder bij Robeco, Jaap van Duijn, is er van een strategisch belang voor Nederland in het geval van Unilever geen sprake, dus de Nederlandse regering zal zich er niet aan wagen om een of andere beschermingsconstructie op te tuigen.

 

Ooit was hij de rijkste man ter wereld en ooit wilde hij onze eigen KPN inlijven in zijn telefoonimperium.

Maar is dat wel zo? Bij elke zichzelf respecterende Nederlandse expat staan de hagelslag en de muisjes pontificaal op de ontbijttafel. En iedereen die weleens uitgezonden is wie is dat nu niet? ziet in gedachten nog de minikuipjes Calvé pindakaas als

hij of zij langs de schappen in de eettent schuifelde. Goed voor het moreel van de troepen zullen we maar zeggen, deze lifeline met het thuisfront. Je moet er toch niet aan denken dat zo’n stukje vaderland opeens in handen blijkt te zijn van het Chinese Wahaha of zoiets. Dat schijnt de strategie achter de Chinese expansiedrift te zijn. In tegenstelling tot de wat primitieve methoden van Tsaar Poetin, brute annexatie van gewenst grondgebied door groene mannetjes en door Moskou gesteunde separatisten, kopen de moderne Chinese keizers gewoon wat hun welgevallig voorkomt. En zo lijkt de Griekse zeehaven Piraeus een mogelijk eerste bruggenhoofd op de grote sprong voorwaarts van het Rijk van het Midden naar het Westen te worden.

Smeuiig tot op de bodem (bron: Unilever)

Nog even terug naar Unilever. Volgens dezelfde Jaap van Duijn heeft dit bedrijf er een godsvermogen voor over om de mensheid met de pindakaas van Petje Pitamientje of met de Axe deodorant van bronstige oermensen vertrouwd te maken: een mar-etingbudget van welgeteld € 8 miljard jaarlijks! Ongeveer net zoveel als Nederland elk jaar aan zijn krijgsmacht uitgeeft. Er is dus wel degelijk sprake van een strategisch belang. Want je wilt er toch niet aan denken dat een illusiemachine ter grootte van de hele Nederlandse Defensie in buitenlandse handen zou vallen? En uiteindelijk is ook onze defensie smeuïg tot op de bodem, al kan zij er onderhand wel een potje sambal bij gebruiken.