'De GOV|MHB (dus ook de NOV!) doet niets voor uw pensioen!'

Dit is een veel gehoorde opmerking op social media. U zult begrijpen dat wij het hier niet mee eens zijn en u uit willen leggen waarom wij dat vinden. Vandaar dit bericht, met daarbij de aankondiging dat wij in januari een informatiesessie over pensioenen organiseren voor onze leden.

Op 15 december jl. sprak de Tweede Kamer weer over de Wet Toekomst Pensioenen (WTP). Er is nog veel discussie gaande over deze wet en over bekende en nog niet bekende aspecten. De komende maanden en jaren zal nog veel meer discussie zijn over de gevolgen van de wet. Eén van de zaken die de aandacht krijgt is het al dan niet invaren van de pensioenen van militairen die zijn opgebouwd voor 1 juni 2001. Op dit moment zijn die pensioenen begrotingsgedekt, wat wil zeggen dat de uitgaven hiervoor op de begroting van Defensie staan en niet ten laste komen van een pensioenfonds. Een van de discussiepunten is of Defensie deze pensioenen zou moeten onderbrengen bij het ABP, het z.g. invaren. Wat betekent dat voor de opbouw, de indexatie en eventuele kortingen?

Met het voeren van deze discussie is ook de discussie over het overgaan van de militaire pensioenen naar het ABP in 2001 weer actueler geworden. Er zijn (oud-)militairen die de vraag stellen of wat toen gebeurde wel rechtmatig was. Dit omdat de pensioenaanspraken onvoorwaardelijk waardevast zouden zijn en dus iedere keer met de prijzen zou moeten meestijgen. Daarnaast zouden de pensioenaanspraken en de indexatie daarvan ‘eigendom’ zijn en dat mag een ander niet zomaar ontnemen. Om beide aspecten te toetsen bij de rechter zijn die (oud-)militairen een crowdfunding begonnen om het geld voor een rechtszaak bij elkaar te krijgen. Zij roepen zo veel mogelijk mensen op om hun actie te steunen. En dat staat iedereen vrij te doen, evenals het aanspannen van gerechtelijke procedures.

De overgang in 2001 naar het ABP was onderdeel van een akkoord tussen de sociale partners. Ook de voorlopers van de GOV|MHB hebben indertijd meeonderhandeld en hebben ingestemd met het akkoord. Het instemmen met een akkoord vindt bij ons altijd en enkel plaats na raadpleging en instemming van onze leden. Wij dienen immers primair het belang van hen die lid bij ons zijn. Ondanks dat er mogelijk nieuwe informatie beschikbaar is, vinden wij het daarom niet juist ons bij de rechtszaak aan te sluiten. Mochten eventuele nieuwe inzichten aanleiding geven nieuwe afspraken te moeten maken, dan loopt de weg wat de ons betreft primair via de onderhandelingstafel en niet via de rechter.

‘Wij betreuren het dat in sommige media-uitingen sprake is van een beeld alsof de bonden niet het beste voor hebben met hun leden, waaronder de gepensioneerden’

Dat wij het initiatief niet steunen, wil niet zeggen dat wij daar mordicus tegen zijn. Wij leven gelukkig in een rechtsstaat waar het ieders goed recht is om een procedure te voeren op het moment dat diegene van mening is dat hem of haar onrecht is aangedaan. Daarbij zien wij ook zeker de meerwaarde van een rechtelijk oordeel over een uitermate belangrijke kwestie als deze. Men zou dan ook kunnen stellen dat wij er principieel voorstander van zijn. Wij begrijpen in ieder geval dat ook leden van ons dit pad volgen of steunen. Het feit dat daarnaast een medewerker van de GOV|MHB op eigen titel zijn medewerking verleent aan het initiatief geeft dat ook aan. Daarentegen zijn wij tegelijk van mening dat het voeren van een zaak in deze onverenigbaar is met onze rol uit het verleden. Daarbij steken wij nu zeer veel tijd en energie in de gesprekken over een eerlijke en uitlegbare militaire pensioenregeling in het kader van de WTP. Ook deze positie is in onze ogen onverenigbaar met genoemde initiatief.

Wij betreuren het dat in sommige media-uitingen sprake is van een beeld alsof de bonden niet het beste voor hebben met hun leden, waaronder de gepensioneerden. Dit is een volstrekt verkeerde voorstelling van zaken. De GOV|MHB zet zich altijd volledig in voor het personeel van Defensie en primair voor haar leden, waaronder de gepensioneerden. Voorbeeld hiervan is de compensatie voor het AOW-gat die voor een belangrijk deel door onze inzet en die van de andere bonden opgehoogd is tot 100%. Het was wellicht niet altijd zichtbaar, sterker nog de algemene perceptie lijkt hier haaks op te staan, maar zonder de aanhoudende inzet van de bonden was het AOW-gat nooit in deze mate opgelost. Ook de medewerkers van de GOV|MHB hebben hier een significante bijdrage aan geleverd tijdens onderhandelingen, diverse juridische procedures, in informele contacten en het lobbywerk om politieke steun zeker te stellen. Bovendien hebben wij ons samen met de andere bonden hard gemaakt om de korting van de pensioenen in 2012/2013, in ieder geval wat betreft het begrotingsgedekte deel, ongedaan te maken. Tenslotte heeft juist de GOV|MHB zich sterk gemaakt om de negatieve effecten van het overgaan van een eindloonstelsel naar een middelloonstelsel te compenseren. Dat gelukkig ook geslaagd is. Kortom; het beeld dat wij ons niet hebben ingezet voor onze gepensioneerde leden betreuren wij niet alleen, het is in onze ogen pertinent onjuist.

Het bevreemd ons dat er zo’n negatieve beeldvorming is over het werk wat wij doen en hebben gedaan, omdat we juist zoveel gemeenschappelijke belangen hebben. De diverse platformen op social media, bonden, betrokken (ex)medewerkers, we hebben allemaal het beste voor met het (gewezen)personeel van Defensie. Dat is waar wij ons dagelijks voor inzetten. Ieder in zijn of haar eigen rol en met eigen verantwoordelijkheden, maar allemaal voor hetzelfde doel. En dan mag je het ook beste een keer met elkaar oneens zijn over de inhoud of over de weg naar het doel, maar wel met respect voor elkaars positie.

Ook in de huidige besprekingen en onderhandelingen over het nieuwe pensioencontract en de gevolgen van de WTP voor de militairen, zetten wij ons continu in voor de rechten van alle huidige en toekomstige gepensioneerden. Om leden goed te kunnen informeren en hun vragen te kunnen beantwoorden organiseren wij op 19 januari 2023 in de middag een informatiesessie in Den Haag. Details, waaronder de wijze van aanmelding en de locatie, volgen.