Defensie 2035, Een visie op lemen voeten.
In het discours rond de visie naar 2035 neemt het begrip ’workforce’ een centrale plaats in. In die gevoerde discussies wordt telkenmale de stelling ingenomen dat wij nooit voldoende militairen zullen hebben, om de organisatie te kunnen vullen.
Elk weldenkend mens weet inmiddels dat het gevuld zijn van onze organisatie staat of valt met het behoud van je personeel. Ze moeten niet massaal weglopen. En natuurlijk zal, binnen de huidige conjunctuur, het verloop laag zijn, maar een slimme organisatie neemt nu maatregelen om dadelijk de concurrentie met de markt aan te kunnen.
Daarom is het goed om nog eens naar de vertrekredenen te kijken.
Bijgaand, op basis van de personele monitor van Defensie, de vertrekredenen van het personeel en mijn antwoord hierop.
“De wijze waarop de organisatie wordt bestuurd.” De besluitvorming over onze onderzeeërs is in het vorige kabinet opgestart en zal niet in dit kabinet worden afgerond. GrIT en FOXTROT worden doorgeschoven. De hoofdtaak van politici is om, in concurrentie met andere ministeries, geld te verkrijgen. Zoals de minister het zegt, 2% is het streven, dat is nodig. Alleen feitelijk komt er geen cent bij, dat is ongeloofwaardig.
“Gebrek aan loopbaan-/ontwikkelingsmogelijkheden.” De NOV heeft hiervoor een goede oplossing, die aansluit bij de belevingswereld van de militair en die van de organisatie. Het vinden van een balans. Geen mooie woorden, geen dure bureaus, geen knappe deskundigen van buiten. Maar gewoon, hoe voelt de militair dit. Luister naar en bevraag je mensen eens.
“Balans tussen werk en privé.”. De vraag ook hier is hoe de deconflicteer je de belangen van de krijgsmacht met die van de individuele werknemer, in de diverse periodes van zijn leven. Ook hier is de oplossing, luister naar en bevraag je personeel eens i.p.v. het inhuren van grote aantallen burgers. Wij zijn een aparte organisatie, maar wel met personeel dat zowel kan denken in de noden van de organisatie en dit kan plaatsen t.o.v. zijn eigen eisen.
“De arbeidsvoorwaarden.” Het overleg over het moderniseren van de bezoldiging verloopt moeizaam. Defensie heeft beloofd hier geld voor uit te trekken. The “proof of the pudding…” komt binnenkort. Ik vrees het ergste.
“Onvoldoende nuttig en zinvol werk.” Dit raakt met name ons fase 1en 2 personeel, wederom volgens de monitor. Dit betekent concreet oefenprogramma’s en uitzendingen. Een beroepskrijgsmacht kun je niet laten HZB’n (hou ze bezig). In onze ogen zou er een aparte monitor, “zingeving” moeten komen per eenheid. Dit kan zo niet. Wij hebben prachtig en uitdagend werk te bieden. Bied dat dan ook!
“Functietoewijzing.” Ook in het nieuwe High Level Design (HLD) van defensie zie ik geen oplossing voor dit punt.
Na 4 jaar personeel op één, één kabinet verder. En wij zijn niets opgeschoten. Ons is een middelloonpensioen door de strot gedrukt met een CAO. Maar fundamenteel zijn wij niet verder gekomen. Daarom kunnen wij wel met burgers vullen en niet met militairen.