Krimoorlog
Titel: Krimoorlog
Ondertitel: Een vergeten wereldoorlog
Auteurs: Dr. Anne Doedens en Liek Mulder
Uitgever: Walburg Pers (2018)
ISBN: 978 94 624 9241 7
Prijs: € 19,95
Recensent: lkol b.d. P. Dekkers
Wie het woord ‘Krimoorlog’ hoort is in eerste instantie geneigd te denken aan de inlijving van de Krim door Rusland in 2014. Pas als men iets verder nadenkt komt wellicht het besef dat meer dan 165 jaar geleden al eens een gruwelijke oorlog op en om dit schiereiland woedde; een oorlog die met meer dan een half miljoen slachtoffers een aanmerkelijk bloediger verloop had dan de bezetting van de Krim door het Rusland van Poetin. De eerlijkheid gebiedt hierbij te vermelden dat het merendeel (90%) van deze slachtoffers viel als gevolg van ziektes, opgelopen door de veelal beroerde hygiënische toestanden, gebrek aan ziekenhuizen en onvoldoende medische kennis. De Engelse verpleegkundige Florence Nightingale verwierf later wereldfaam toen zij met andere vrijwilligsters zich toelegde op de medische zorg aan gewonde militairen.
Het boek is overzichtelijk en chronologisch ingedeeld in een zevental hoofdstukken die elk een beeld schetsen van een bepaalde fase in de strijd om de Krim. Een strijd die overigens veel meer was dan een oorlog om een op zich vrij onbetekenend schiereiland. In de uitgebreide proloog wordt beschreven hoe de aanloop naar deze oorlog al begon bij het Congres van Wenen in 1815, de creatie van het Europese machtsevenwicht na de veroveringen van Napoleon. Een periode van relatieve rust en stabiliteit kwam abrupt ten einde in 1848, met oproer en onrust in grote delen van het continent. Het machtsevenwicht kwam verder onder druk te staan door een aantal factoren, zoals de ambities van de grote mogendheden Frankrijk, Engeland en Rusland om hun invloed uit te breiden, evenals de geleidelijke neerwaartse spiraal van het Ottomaanse rijk, dat steun zocht bij de westerse mogendheden. Deze ontwikkelingen, en de voorgeschiedenis, worden uitgebreid beschreven in het eerste hoofdstuk, ‘De Krim – Eeuwenlang een twistappel’ en het tweede hoofdstuk, ‘Het kruitvat en de hoofdrolspelers’. Dit tweede hoofdstuk beslaat de periode van 1815 tot 1853, vanaf het Weense congres tot aan het uitbarsten van de oorlog met het doortrekken van Russische troepen door de rivier de Proet, grensrivier tussen Rusland en het toenmalige Moldavië. De bloedige strijd van de Russen die leidde tot de nederlaag van de Turkse marine in de slag bij Sinop werd in de westerse pers scherp veroordeeld en vormde de aanleiding voor de westerse alliantie om zich in het conflict te mengen.
De volgende twee hoofdstukken beschrijven het verloop van de strijd op meerdere fronten: Oostzee, Kaukasus, maar natuurlijk ook de Krim zelf. Ook de onderverdeling van de hoofdstukken volgt een logisch geografisch en qua tijd opvolgend traject die het de lezer vergemakkelijkt de strijd als het ware te volgen. De vele illustraties en duidelijk kaartmateriaal zorgen voor meer begrip van het geschrevene. Zoals tegenwoordig te doen gebruikelijk wordt door de auteurs de menselijke maat niet vergeten en door persoonlijke citaten uit dagboeken en brieven krijgt de oorlog ook een ‘gezicht’. In 1856 naderen we het einde van de oorlog in het een na laatste hoofdstuk, een einde dat werd bespoedigd door de uitputting aan Russische zijde. Het land betaalde een hoge prijs voor zijn rol in de oorlog. Roemenië werd als autonome staat gecreëerd, de Zwarte Zee werd verboden terrein voor oorlogsschepen en Rusland verloor de zeggenschap over de heilige plaatsen in Jeruzalem en het beschermheerschap over de christenen in het Ottomaanse rijk.
In het laatste hoofdstuk wordt gewag gemaakt van Nederland in de Krimoorlog. De neutraliteitspolitiek leidde tot een onopvallende rol, zij het dat in de koninklijke familie de moeder van Willem III, grootvorstin Anna Paulowna en zijn echtgenote, koningin Sophie verwant waren aan de tsaar en dat zorgde voor meer dan gebruikelijke intensieve vorstelijke belangstelling voor de Krimoorlog.
Belangwekkend tenslotte is de epiloog, waarbij de Krimoorlog opgevoerd wordt als opmaat voor de latere grote oorlogen in Europa en daarbuiten. Voor het eerst werd een conflict op wereldschaal met moderne techniek uitgevochten. Ook in ander opzicht zijn de sporen van de Krimoorlog tot op de dag van vandaag zichtbaar. Wie de onrust in Russische deelrepublieken als Tsjetsjenië en Dagestan wil begrijpen, zou zich moeten verdiepen in de Krimoorlog. De houding van de Balkanstaten ten opzichte van Rusland valt te verklaren uit het beschermheerschap van de Russen over de christelijke volken in dat gebied. De Krimoorlog markeerde ook toen al de tegenstellingen tussen Rusland en West-Europa die nog steeds een grote rol spelen in de internationale politiek.