"Door: Olof van Joolen en Niels Rigter (De Telegraaf; 7 mei 2018)"

’Landmacht een zieke oude man’

Defensie komt bij van een kwarteeuw aan afbraak door bezuinigingen. De Telegraaf onderzoekt deze maand hoe onze krijgsmacht ervoor staat en wat de toekomstperspectieven zijn. Vandaag: de Koninklijke Landmacht.

Het is een grapje dat onder hoge landmachtofficieren gaat. „We waren lang een leger zonder spullen, maar als we niet oppassen, worden we spullen zonder leger.” Zoals in veel gevallen van galgenhumor zit er een stevige kern van waarheid in. Van de bijna 18.300 functies bij de landmacht zijn er volgens defensie 2400 vacant. Naast het vullen van deze gaten moeten de wervers de komende jaren nog eens 1800 mensen vinden voor nieuwe functies.

Machteloos

Personeelstekort en materiële gebreken maken de landmacht feitelijk machteloos, zo blijkt uit interne overzichten van defensie en een aanvullende analyse die de Gezamenlijke Officierenverenigingen (GOV) op verzoek van De Telegraaf onder leden uitvoerde. De conclusies zijn schokkend. Van de drie brigades die onze landmacht vormen, is er niet eentje volledig gevuld, opgeleid, getraind en daarmee klaar om de in de Grondwet vastgelegde eerste hoofdtaak te vervullen: het verdedigen van ons grondgebied en dat van onze bondgenoten binnen de NAVO.

Vanwege de arbeidsvoorwaarden en het ontbreken van de juiste uitrusting en oefenmogelijkheden is personeel volgens duovoorzitter Ruud Vermeulen van de GOV massaal gedemotiveerd weggelopen. „Daardoor beschikken de bataljons waaruit de brigades zijn opgebouwd nog maar over vijftig procent van het noodzakelijke aantal getrainde manschappen”, zegt de brigadegeneraal b.d. Van de zeven manoeuvrebataljons is er met moeite één operationeel gereed, wat wil zeggen: direct inzetbaar.

„De Koninklijke Landmacht staat er slechter voor dan welke andere sector of bedrijfstak dan ook”, is de conclusie van Vermeulen. „De vraag is of de mooie woorden uit de defensienota om personeel centraal te zetten, worden omgezet in daden. Alleen dan heb je perspectief.”

Ook qua materieel staat de landmacht er slecht voor, ondanks de eerste financiële reparaties onder het vorige kabinet. Dat is vooral duidelijk terug te zien in het voertuigpark. Zonder gepantserde troepentransporters en gevechtsvoertuigen zijn eenheden letterlijk nergens. Uit de laatste gereedheidsrapportage die aan de Tweede Kamer werd gestuurd, blijkt dat 35 tot 50 procent van de CV90-gevechtsvoertuigen, het Fennek-verkenningsvoertuig en de Boxer-manschappentransporters kapot in de werkplaats staan.

Ook van de schaarse onbemande Raven-vliegtuigjes, die nodig zijn om informatie over vijanden en hun posities te vergaren, en de zware pantserhouwitser-kanonnen is op zijn best maar twee derde beschikbaar. Dat is ver onder de gereedheidsnorm. En dan gaat het nog om gevechtseenheden die door de defensieleiding tijdens de bezuinigingen zoveel mogelijk werden ontzien.

Het beeld bij de ondersteunende onderdelen, zoals de geneeskundige troepen, inlichtingen en genie, is nog beroerder. Van de drie luchtmobiele geniepelotons was er in 2016 niet één direct inzetbaar. Ook hier zijn onderbemanning en materieelgebrek de boosdoeners. Bovendien treffen de problemen niet alleen de landmacht. De Koninklijke Landmacht levert ook de gevechtsondersteuning van de twee mariniersbataljons en het Helikopter Commando, waardoor ook hun inzetgereedheid wordt aangetast.
Meer nodig

De slotconclusie van de officieren is even hard als nuchter.
„Na de bezuinigingen is de Koninklijke Landmacht een zieke oude man”, stelt generaal-majoor b.d. Harm de Jonge. Hij is voorzitter van de denktank Defensiebeleid & Krijgsmacht van de GOV. De defensienota van minister Bijleveld ziet hij als een eerste stap richting genezing. Om van de patiënt een gezonde krijger te maken die zich kan meten met zichzelf versterkende grootmachten als Rusland, is volgens hem een stuk meer nodig.
„Vanaf 2020 is veel meer budget nodig. Wij moeten ons goed realiseren dat de landmacht ná deze defensienota en in lijn met de NATO Defence Planning Capability Review nog een forse uitbreiding met wapensystemen en logistieke eenheden nodig heeft. De brigades moeten weer worden uitgerust met tanks, artilleriekanonnen, luchtverdedigingsraketten, logistieke bevoorraders, sensoren en elektronische afweercapaciteit”, aldus De Jonge.

„Dat gaat dus zitten in het pakket maatregelen dat Bijleveld heeft aangekondigd met de herijking defensienota 2020. Als die stappen dan niet genomen worden, blijft de slagkracht ver onder de NAVO-maat en totaal irrelevant voor onze bondgenoten. Wij blijven dan de, enigszins op