In veel conflictgebieden verslapt de aandacht van de internationale gemeenschap nadat het massale geweld is beëindigd. Media rapporteren voornamelijk over de fase van massaal geweld, vooral wanneer er veel burgerslachtoffers zijn te betreuren. ‘When it bleeds, it leads’[1] is nog steeds een succesformule voor massamedia. De fase na het massale geweld is echter minstens zo belangrijk, omdat dan een begin kan worden gemaakt met het herstel van de veiligheidssector, die in dit verband wordt gedefinieerd als dat deel van het openbaar bestuur dat verantwoordelijk is voor de veiligheid van de burgers in een regio of in een land. De samenwerking tussen militairen, burgers en bestuurders speelt daarin een belangrijke rol.

Blijft het herstel van de veiligheidssector achterwege, zoals bijvoorbeeld in Libië helaas het geval is geweest na de NAVO-operatie in 2011, dan  ligt  het  oplaaien van vijandelijkheden en massaal geweld opnieuw op de loer. In dit artikel worden enkele onderzoeken besproken, waarvan de resultaten werden gepresenteerd tijdens een conferentie over civiel-militaire samenwerking bij het Kinneret College aan het meer van Galilea in het noorden van Israël. Op deze conferentie sprak onder andere professor Michael Desch van de Amerikaanse Notre Dame universiteit over de rol van Verenigde Staten in Israël, die recent aan belang lijkt te winnen. Met de aanbevelingen uit de onderzoeken op het gebied van het herstel van de veiligheidssector kan aan deze samenwerking een extra impuls worden gegeven. Het artikel besluit met een beschrijving van de rol van de NAVO bij het herstel van de veiligheidssector in het Midden-Oosten en Noord-Afrika.

Foto 1. Professor Michael Desch van de Notre Dame universiteit in Chicago bespreekt de rol van de Verenigde Staten in Israël. Onlangs besloten de Nederlandse ministeries van Defensie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties om de samenwerking op onderzoeksgebied tussen Nederland en Israël te versterken (zie foto 2).
Foto 2. Bgen De Jong, directeur Internationale Militaire Staf, schudt de hand van de Israëlische vertegenwoordiger in januari 2018, om het versterken van de kennis- samenwerking tussen Nederland en Israël te benadrukken.

Israëlische voorbereidingen op nucleaire en chemische aanvallen

Vanwege de gepercipieerde dreiging vanuit de buurlanden van Israël is er voortdurend sprake van een verhoogde waakzaamheid onder de burgerbevolking. Nu de laatste maanden deze dreiging alleen maar toe  lijkt te nemen, is het openbaar bestuur in veel Israëlische steden en dorpen inmiddels bezig met het herstellen en testen van de veiligheidssector, bijvoorbeeld door het houden van evacuatie-oefeningen. Uit een evaluatie van deze oefeningen in Ofakim in de Negev woestijn blijkt dat veel infrastructuur, die nodig is voor het in veiligheid brengen van grotere aantallen burgers, sterk verouderd is of totaal onbruikbaar is geraakt. Zo bleken schuilkelders vol afvalwater te staan en moesten burgers tijdens evacuatie-oefeningen hun toevlucht zoeken in grote open rioolbuizen, die uiteraard geen afdoende bescherming of langdurig onderkomen kunnen bieden.

Uiteraard biedt de toevlucht tot een open rioolbuis maar zeer gedeeltelijk bescherming tegen raketaanvallen met nucleaire of chemische wapens. Deze bescherming is immers beperkt tot bescherming tegen de inslag en explosie van de raket. Langetermijneffecten van de chemische of nucleaire lading van de raket worden echter niet voorkomen door te schuilen in een open rioolbuis. De burgerbevolking bleek desondanks opvallend goed bestand te zijn tegen deze ontberingen en reageerde na herhaling van de oefeningen en noodzakelijke verbeteringen van de infrastructuur er zelfs positief op.

Reacties op dodelijk straatgeweld in Israël

In 2017 kwamen ruim 70 Israëlische burgers om in dodelijk straatgeweld, vaak ten gevolge van aanvallen op weerloze burgers met steekwapens of klein-kaliber vuurwapens. Door versterking van de veiligheidsmaatregelen op plaatsen waar veel van deze incidenten plaatsvinden is er veel en vaak gruwelijk beeldmateriaal beschikbaar van deze aanvallen. Ook maken omstanders steeds vaker video-opnamen van dit straatgeweld met behulp van mobiele telefoons, waarvan de beelden op sociale media worden gedeeld (zie foto 4).

Uit een onderzoek naar beelden uit deze mobiele telefoons en beveiligingscamera’s blijkt dat veel aanvallen worden voorkomen als slachtoffers en omstanders tijdig daders ontdekken, zich verweren of vluchten. Op basis van  dit  onderzoek  wordt meer duidelijk over het daderprofiel en dadergedrag, zodat daders eerder worden gesignaleerd. Ook blijkt duidelijker hoe slachtoffers en omstanders kunnen bijdragen aan hun  eigen  veiligheid  en  die van anderen, bijvoorbeeld door afstand te houden van de dader en tegelijkertijd om hulp te roepen. Deze hulp is vaak voorhanden en niet zelden wordt de dader in luttele seconden  zelf  het  slachtoffer  van de reacties van het beoogde slachtoffer of omstanders. Zonder standrecht te willen propageren, lijkt het weerbaarder maken van de lokale bevolking een effectieve manier om de gevolgen van dodelijk straatgeweld in te perken en potentiële daders af  te schrikken.

Foto 3. Israëlische burgers zoeken tijdens oefeningen, waarbij raketaanvallen met nucleaire of chemische wapens worden gesimuleerd, bescherming in een open rioolbuis. (foto: The Times of Israel)
Foto 4. Een steekwapen dat is gebruikt bij een aanslag op een Israëlische burger in Jeruzalem, waarbij het slachtoffer zwaar gewond raakte en de dader om het leven kwam.

Diplomatieke inspanningen na massaal geweld

Uit een onderzoek naar de effectiviteit van resoluties van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties over het beëindigen van massaal geweld blijkt dat deze resoluties vooral effectief zijn als het proces van verzoening tussen de voormalige strijdende partijen succesvol verloopt. Andere processen, zoals het berechten van oorlogsmisdaden of van misdaden tegen de menselijkheid of het doen van herstelbetalingen dragen ook bij aan het succes van deze resoluties, maar minder effectief dan het proces van verzoening. Politici en diplomaten hebben per definitie een rol in dit proces van verzoening, aangezien zij in hun functie vrijwel altijd op zoek zijn naar wat landen, partijen of mensen verbindt. Voor Israël zelf ligt hier een enorme uitdaging, omdat met name de verzoening met de Palestijnen uiterst moeizaam verloopt, zo daar überhaupt al sprake van is. Deze verzoening is de uitdrukkelijke missie van de Amerikaanse veiligheidscoördinator in Jeruzalem, die met de Palestijnen, Israëliers, maar ook met vertegenwoordigers van de Russische Federatie tracht te overleggen en waar Nederlandse militairen ook een bijdrage aan leveren.

De rol van de NAVO in het herstel van de veiligheidssector

Sinds december 2017 is bij het NAVO-hoofdkwartier in Napels, Italië een zogeheten NAVO Strategic Direction South Hub operationeel, dat zich richt op de conflictgebieden in het  Midden-Oosten en Noord-Afrika. Momenteel schrijft deze groep haar operatieplan voor de komende jaren, dat gebaseerd is op de volgende structuur binnen en buiten de NAVO (zie figuur 1).

Als voorbeeld van concrete NAVO-activiteiten in het Midden-Oosten  wordt  momenteel gewerkt aan een  nieuw  operatieplan voor herstel van de veiligheidssector in Irak, waarin het massale geweld tegen IS-terroristen recent is beëindigd. Ook zal de Amerikaanse commandant van het NAVO-hoofdkwartier in Napels binnenkort een werkbezoek brengen aan Israël om te bezien hoe de NATO Strategic Direction South Hub kan bijdragen aan de verzoening van de strijdende partijen in Israël. Voor Noord-Afrika gaat de aandacht van de NAVO vooral uit naar de bestrijding van de terreur door Al Shabaab in Somalië en de terreur door IS in Libië, waar revenuen uit mensensmokkel en mensenhandel worden gebruikt voor het financieren van de terreur door IS. Het onderbreken van  de mensensmokkel over de Middellandse Zee, waarin de centrale route via Libië naar Italië de meest dodelijke is, is een van de mogelijke missies van de NAVO voor dit deel van Noord-Afrika. Voor de NAVO zelf is de uitoefening van massaal geweld een kerntaak voor collectieve verdediging van de 29 NAVO-lidstaten. Het ondersteunen van processen  in de fase na massaal geweld is ook voor de NAVO een nieuw terrein, waarbij nog veel lessen moeten worden geleerd. De komende NAVO-top in Brussel in juli 2018 zal daarvoor de nodige initiatieven bekrachtigen, zoals het stimuleren van integer bestuur en het beschermen van burgers in post-conflictgebieden. Daarmee komt het herstel van de veiligheidssector opnieuw hoog op de NAVO-agenda, hetgeen om meerdere redenen toe te juichen is. Voorkomen is immers beter dan genezen.

Eindnoot:
1. Als het bloedt, komt het op de voorpagina.

Figuur 1. Omgeving van het Strategic Direction South Hub dat zich richt op NAVO-activiteiten op het Midden- Oosten en Noord-Afrika.