RVU niet meer van deze tijd

Door brigade-generaal b.d. Ruud Vermeulen, Voorzitter NOV

In de afgelopen jaren zien we dat door het ophogen van de pensioengerechtigde leeftijd en het daaraan aanpassen van de AOW uitkering dat mensen langer (moeten) gaan werken. We worden allemaal ouder en de periode waarvoor pensioengeld gespaard wordt, bedraagt en blijft ongeveer 20 jaar. Word je ouder, dan moet je langer werken wil je hetzelfde inkomen krijgen, zo eenvoudig is dat. Datzelfde geldt óók voor de AOW. Als de AOW-leeftijd niet wordt aangepast aan de pensioengerechtigde leeftijd dan wordt het of onbetaalbaar of je krijgt minder.

Maar parallel aan deze beweging zien we nu de discussie over de zware beroepen opveren. Militairen van 60 jaar en ouder. De grapjes over het KPU bedrijf waar de wandelstok, de rollator, de steunkousen en de incontinentieluier tegen aanzienlijke kortingen door de 60-plussers kunnen worden aangeschaft. De bekende conditieproef dient niet om de fitheid te bewijzen, maar om onder operationele omstandigheden b.v. in een hinderlaag voldoende snel en langdurig te kunnen bewegen om je eruit te kunnen vechten (rollators helpen daar niet, incontinentie luiers wellicht wel). Anders loop je niet alleen zelf gevaar, maar je brengt ook je jongere collega’s in gevaar. De langzaamste bepaalt het tempo en is de zwakste schakel.

Met name de onderofficieren van de infanterie, cavalerie, mariniers en het KCT hebben zwaar geleden. Van de andere kant zij dit ook de mensen die juist kiezen voor het fysieke en dit het beste cultiveren. Dus ook voor deze groep geldt, de werkelijkheid is niet zwart wit.

Vanuit de organisatie bestaat er een grote behoefte aan kennis en ervaring. Maar wanneer militairen niet meer veilig uitgezonden kunnen worden dan vervalt voor hen de mogelijkheid op een plaatsing op een operationele – en dus vele functies. Afhankelijk van de fysieke gesteldheid en beschikbare functie is er wel of geen match te maken. HRM is afhankelijk van de persoon en de beschikbare functies en niet van algemene regels. De werkelijkheid is ook hier niet zwart wit.

Mensen zijn niet gelijk. De één is op 55 jarige leeftijd versleten en de andere voelt zich nog zo fris als een hoentje, maar is wel een fris oud hoentje. Je kunt ze langer laten werken, maar links of rechtsom nemen de fysieke beperkingen toe. Fysieke beperkingen die de topprestatie, operationele inzet, belemmeren. Waar zowel de werkgever als de werknemer niet blij van worden.

Het zware beroep bij Defensie komt met name door oefeningen, varen, vliegen en uitzendingen. Bij oefeningen wordt de arbeidstijdenwet buiten werking gesteld. Vaak wekenlang wordt 24/7 gewerkt onder primitieve omstandigheden. En een voortdurende druk op zelfs de primaire levensbehoeften zoals eten, drinken, slaap, het (volledig) ontbreken van comfort en het geconfronteerd worden met een (volledig) gebrek aan hygiënische voorwaarden. De vergoedingen hiervoor zijn lager dan wat een kassière van 18 jaar bij de Albert Hein verdient. Datzelfde geldt overigens ook voor de uitzendtoelages. Bovendien wordt het werk en de werkomstandigheden tijdens oefeningen gekenmerkt door potentiele risico’s. Zowel door het werken met munitie, gevaarlijke stoffen, pantservoertuigen maar ook door een gebrek aan slaap en daardoor een grotere kans op ongevallen (hard in training, easy in battle). Voor het nog verder verhoogde risico en gevaar voor eigen leven en ledematen tijdens uitzendingen en het maandenlang van huis zijn, ontvang je in ruil een vergoeding die elke relevantie mist in de Nederlandse maatschappij. Het zou dan ook logisch zijn, als oefeningen en uitzendingen, de uitingsvormen van het zware beroep bij Defensie zijn, om deze naast geld ook in tijd en cfm maatschappelijke relevantie vergoed zou moeten worden. Tijd die kan worden opgespaard om bijvoorbeeld problemen in de privésituatie tijdens het arbeidzame leven en/of op het einde van de carrière als werken in dit of andere beroepen voor deze persoon niet meer mogelijk is door de schade die men onderweg heeft opgelopen, kan worden opgenomen.

Defensie betaalt jaarlijks een strafheffing (RVU) van 175 miljoen omdat ze verplicht vanuit de Militaire Ambtenaren Wet militairen met leeftijdsontslag stuurt. Een strafheffing die zo in de zak van de minister van Financiën valt. Een niet te verklaren strafheffing die gebruikt zou kunnen worden om de overgang naar een individueel nieuw stelsel mogelijk te kunnen maken.

De individuele werkgever en de individuele werknemer moeten kunnen onderhandelen over functie-inhoud , arbeidsduur en de financiële arbeidsomstandigheden die daarbij horen, Eyeball to eyeball. Via algemene regels worden er voorwaarden geschapen dat noch de werkgever noch de werknemer tussen de wal en het schip valt. Deze regels houden rekening met de bijzondere positie van de militair. Mochten de werkgever en de militair er samen niet uitkomen dan kan men zich melden bij een commissie van werkgever Defensie en de bonden die een oordeel zullen vellen over het geschil. Bij onenigheid wordt er opgeschaald naar de rechter.

 

RVU, het moderne kwartje van Kok?