Bij het vorige kabinet is er al uitgebreid gesproken over het “Repareren van Defensie”. En steevast werd er daar gesproken over extra geld en vervolgens kwamen de reservedelen, munitie, achterblijvende infra etc. aan bod.

In het kader van arbeidsvoorwaarden kennen wij de WUL en de reactie van defensie hierop, het AOW gat en de jarenlange strijd om dit te repareren, het eindbod en uiteindelijk het arbeidsvoorwaardenakkoord onder Dijkhoff. Niets over repareren.

Vervolgens komt de defensienota uit. En jawel, deze is bijna helemaal gefocust op  het personeel. Met als eerste grote gebaar, het dichten van het AOW  gat. Gisteren lag de brief van het ABP op de mat. De minister is weliswaar laat, maar komt haar belofte na. De reden van deze late bevestiging is ook duidelijk. De uitvoerder, het ABP heeft capaciteitstekort om dit snel te kunnen uitvoeren. Blijft, ere wie ere toekomt. Dit was één van de drie grote pijnpunten uit het vorige kabinet. Dit is opgepakt en uitgevoerd, hulde daarvoor.

De vraag is nu welke zaken zijn er nog over, moeten nog gerepareerd worden? En als ik zeg repareren dan bedoel ik ook echt repareren. Er moet nieuw beleid komen op het gebied van FPS, het cafetariamodel, wellicht nog eens met een andere blik naar de UGM kijken of het IDU proces verbeteren en aanpassen.

Maar de reparatie waar het personeel om vraagt gaat over drie zaken.

1. Het pensioendossier

Meer precies, wat is hier eerlijk, wat is fair? Wat mag je ook van bepaalde groepen vragen in deze tijd? De officieren en hogere onderofficieren gaan er in een aantal gevallen fors op achteruit. Maar ook onderofficieren met hoge toelages zijn de pineut.

2. Het loon- en functiegebouw

Welk loongebouw past bij het nieuwe pensioenstelsel? Welk loongebouw weerspiegelt de waardering voor het werk wat wij leveren? Welk loongebouw geeft de bijzondere positie van de militair inhoud, wat is de waardering daarvoor. En als laatste wat is onze concurrentieverhouding t.o.v. de andere overheid, semi overheid en het bedrijfsleven? En wees daar eerlijk in. Als je je niet wilt vergelijken met het bedrijfsleven, prima. Maar dan moeten hier wel goede secundaire voorwaarden tegenover staan.

3. Het derde dossier zijn de toelages

En ook hier, wat is de vergelijking met de buitenwereld? Maar ook wat kost oefenen extra aan bijv. kinderopvang? Welke zekerheid geef je aan mensen v.w.b. hun toelages? Vooral als je je niet wilt spiegelen aan het bedrijfsleven.

Voordat al onze beleidsfunctionarissen weer uitgebreid beginnen met bellen blazen, te leven in prachtige fantasieën, vergezichten en visioenen.  Eerst zul je deze drie reparaties moeten doorvoeren. Hier zal ook echt geld voor begroot moeten worden net zoals dit bij materieel gebeurd is.

Wij zouden toch eerst de basis herstellen; toch?!