Terugblik op het beroepsverenigingsjaar 2018

In de doelstellingen van de NOV lezen we dat de vereniging een professionele mening wil geven over de krijgsmachtorganisatie, haar werkwijze, en wil meedenken over vrede en veiligheid. Dat doet de werkgroep Defensiebeleid en Krijgsmacht (D&K), een denktank voor voorzitters en besturen van de NOV, de KVMO, en zo ook voor de GOV|MHB. Daarnaast wil D&K een vraagbaak zijn voor niet-militairen bij uitspraken van politici en denktanks die zich bezighouden met internationale veiligheid. Het gaat dan om de militaire consequenties.

Voor het bepalen van de GOV-standpunten vormen in 2018 de Geïntegreerde Buitenland- en Veiligheidsstrategie (GBVS) samen met de nieuwe Defensienota de eerste hoogtepunten van het jaar. Daarna wordt de focus verlegd naar de aangekondigde herijking van die Defensienota in 2020. Waar moeten de ‘lange lijnen’ toe leiden volgens de GOV? Ten slotte besteedt de werkgroep zoals elk jaar aandacht aan de begrotingsbehandeling in het najaar.

1. De GBVS en de Defensienota 2018

  • Rondetafelgesprek met de Tweede Kamer
    Op 14 december 2017 neemt de GOV deel aan het rondetafelgesprek met de Vaste Commissie voor Defensie (VCD) van de Tweede Kamer. De commissie hoopt zo informatie te vergaren om een eigen bijdrage te leveren aan de aangekondigde Defensienota. Op heldere wijze zet duovoorzitter Marc de Natris uiteen waarom het personeel het vertrouwen in de organisatie heeft verloren en hoe dit vertrouwen teruggewonnen kan worden. Verder schildert hij met praktijkvoorbeelden de GOV- en D&K-zorgen over ondervulling, onvoldoende slagkracht en geoefendheid, en de noodzaak het aangekondigde defensiebudget voor de periode 2018 tot en met 2021 verder te verhogen.
Rondetafelgesprek met de VCD
  • Bijeenkomst van de Atlantische Commissie
    Op 15 januari nemen vier leden van D&K deel aan een bijeenkomst van de Atlantische Commissie en het Ministerie van Defensie in Nieuwspoort, Den Haag, onder de titel ‘De Defensienota: een nieuw perspectief voor de krijgsmacht’. De bijeenkomst overtreft onze verwachtingen. Niet zozeer door de aangedragen oplossingen, maar vooral omdat de minister en anderen niet om de hete brei heen draaien en de zorgen over de krijgsmacht bij hun naam noemen. Zo vindt de minister de prestaties van de krijgsmacht ondanks alle bezuinigingen indrukwekkend, maar de grens van wat Defensie kan, is bereikt en hier en daar al overschreden. Decennia van bezuinigingen hebben de krijgsmacht drastisch verkleind en het voortzettingsvermogen laten verschrompelen. Dat kan zo niet langer. Maar de minister wil het hebben over een nieuw perspectief voor de krijgsmacht. De tijd is aangebroken om weer te investeren: Defensie krijgt er oplopend tijdens de regeringsperiode Rutte-III uiteindelijk € 1,5 miljard bij in 2021. Niet alleen om de ergste gaten te dichten, maar om te investeren in mensen en materieel.

    Is 1,5 miljard dan genoeg vraagt de minister zich af. ’Wat mij betreft is het een goed begin, het is genoeg om een start te maken’ is haar antwoord. Drie decennia van bezuinigen werk je niet zomaar weg.

    Wat gaan we met dat geld doen? ’We gaan de krijgsmacht van moderner materieel voorzien en beter inzetbaar maken. We kunnen echter niet alles in één klap oplossen. We moeten realistisch blijven en keuzes maken. We willen een veelzijdige krijgsmacht, maar dat zal geen alleskunner zijn’.

    Verschillende andere sprekers, zoals de Kamerleden Van Kappen (VVD) en Bruins Slot (CDA), en Ko Colijn van Clingendael, pleiten ervoor de belofte van 2% van het bbp aan defensie-uitgaven na te komen. Nederland moet weer een betrouwbare partner binnen de NAVO worden. Van vakbondszijde wordt aangedrongen op vulling van de organisatie en het drastisch verbeteren van het werkgeverschap zodat Defensie weer tot de beste werkgevers van Nederland kan worden gerekend. D&K herkent zich in de opmerkingen van de sprekers, die de Defensienota zien als noodzakelijk voor het herstel op de korte termijn en hoopt dat er in 2020 een ‘nota 2.0’ verschijnt waarin het budget verder wordt verhoogd en de ‘lange lijnen’ zichtbaar worden gemaakt. De nieuwe Defensienota vormt net als het toegewezen extra budget een eerste start.

Minister Bijleveld tijdens de bijeenkomst met de Atlantische Commissie
  • GOV-reactie op de GBVS en de Defensienota 2018
    Richtinggevend voor een defensienota is het veiligheidsbeleid. In maart verschijnt de veel gevraagde vernieuwing van dat beleid in de vorm van de GBVS. De Defensienota 2018 is in samenhang met deze strategie geschreven. In de ogen van D&K en ook andere instituten vindt in deze GBVS echter geen duidelijke integratie plaats van de nationale en internationale veiligheidsstrategie. Deze GBVS integreert wel meer dan voorheen alle machtsmiddelen van de staat. Deze Defensienota is meer een ‘tussennota’ om met het extra geld een begin te maken met het herstel van de krijgsmacht, zowel op personeels- als materieelgebied. Het echt toekomstgeschikt maken van de krijgsmacht is uitgesteld naar de gelijktijdig aangekondigde herijking van de Defensienota in 2020.

    Na het uitkomen van de Defensienota 2018 heeft D&K de Kamerfracties kunnen voorzien van informatie voor het stellen van schriftelijke Kamervragen in aanloop naar het notaoverleg.

    In samenwerking met Telegraaf-columnist Olof van Joolen is door D&K bijgedragen aan een artikelenreeks in de maand mei waarin per krijgsmachtsdeel werd ingegaan op de stand van zaken, de voornemens in de Defensienota en welke tekortkomingen er nog moeten worden opgeheven. Voorts heeft D&K duovoorzitter Marc de Natris ondersteund in de voorbereiding op zijn deelname aan het Tweede Kamer-rondetafelgesprek op 24 mei voorafgaande aan het notaoverleg van 28 mei.

2. Herijking Defensienota

Vanaf juni 2018 houdt D&K zich bezig met de aanloop naar de herijking in 2020. De werkgroep stelt zich de vraag waar die breed aangekondigde ‘lange lijnen’ van minister Bijleveld over zullen moeten gaan. Dat doet D&K in twee stappen. Als eerste worden conclusies getrokken uit de GBVS. Wat betekent die strategie voor de krijgsmacht en wat staat er niet in, maar moet wel worden ingevuld? Als tweede wordt de nieuwe NATO Defence Planning Capalitity Review meegewogen. Deze conclusies heeft D&K afgezet tegen het bestaande GOV-Deltaplan voor Defensie uit 2016[1]. Hierbij stelden wij ons de vraag: ’Is dit nog steeds valide?’ Daarna worden voor de komende periode onze GOV-boodschappen richting politiek, media en leden opgesteld. De door D&K gewenste thema’s in de Herijkingsnota zijn in oktober aan de duovoorzitters voorgelegd en tegelijkertijd aan Carré aangeboden (red. Zie Carré 7-2018).

Herijking

3. Begrotingsbehandeling

In oktober heeft D&K Kamerleden van informatie kunnen voorzien ter voorbereiding op de begrotingsbehandeling in november. Hierbij is een begin gemaakt met het versturen van onze ‘Herijkings-boodschappen’.

4. Onderzoeken voor en directe steun aan de voorzitters

• Debat met de CDS. Direct aan het begin van het nieuwe verenigingsjaar kan de GOV op 1 december 2017 de CDS ontvangen voor een gedachtenwisseling over de toekomst. Na de lange conflictperiode voorafgaande aan de cao dringt D&K er in de voorbereiding op aan dit debat positief te benaderen en met gebruikmaking van de woorden ‘wij’ en ‘samen’ de boodschap uit te stralen dat de GOV en de leiding van Defensie hetzelfde doel nastreven: een voor haar taken berekende krijgsmacht.

• Plan van aanpak Herijking Defensienota.
Zie voorgaande tekst.

• Werkbezoeken aan kazernes en bases
Door de ontwikkelingen en emoties rondom de arbeidsvoorwaarden heeft het bestuur al haar tijd gestoken in voorlichtingsbezoeken door heel Nederland en zelfs daarbuiten. De D&K-beroepsonderwerpen zijn daarmee minder aan bod gekomen. Wel hebben enkele D&K-leden veel inspanning verricht voor het NOV-symposium over de lessen van de computerondersteunde oefening Deep Strike van 43 Mechbrig.

5. Publicaties, interviews, presentaties, symposia, overige gesprekken

• Aan het begin van het verenigingsjaar houdt D&K-lid, ritm b.d. (R) ir. Paul van Bers een presentatie over zijn ervaringen met het Defensity College. Hij ziet een goede mogelijkheid tot het starten van een school voor reserve-officieren van de krijgsmacht.
• Op 26 januari verzorgt lkol Joris Nooij van het KCT voor D&K een presentatie over Special Forces Operations. Naast acties in de conflictfase zal er vooral ook een verschuiving in activiteiten naar de pre-conflictfase plaatsvinden. Van de ‘Rambo-warrior’, het stereotype beeld van de commando in de samenleving, heeft er de afgelopen vijfentwintig jaar een verschuiving plaats gevonden naar de hoogopgeleide operator, die fysieke en mentale kracht combineert met intelligentie. De meest ervaren commando’s zijn ‘diplomat-warriors’ en geen ‘Rambo’s’.
• In Carré nr. 1: verschijnt het verslag van secretaris-D&K, lkol b.d. Frans Ebbelaar, over de bijeenkomst van de Atlantische Commissie in Nieuwspoort op 15 januari waar de minister tekst en uitleg geeft bij haar vragen en ideeën voor de nieuwe Defensienota. In hetzelfde nummer van de hand van D&K’er dr. Jaap Anten commentaar bij symposia over China en Noord-Korea. Als derde D&K-schrijver kol b.d. drs. Ad de Rooij, die uitlegt dat Nederland met de ingezette verhoging van het defensiebudget nog niet eens het Europese gemiddelde gaat halen.
• Tijdens de plenaire vergadering van D&K op 9 maart geeft Paul van Bers een uiteenzetting over de meerwaarde van de bouw in Nederland van (marine-) schepen voor de nationale economie. In een vergelijking met de vervaardiging van complexe baggerschepen geeft Paul een inzicht in de kostenopbouw bij de vervaardiging van schepen door de Nederlandse maritieme sector: 50% hul, 50% systeem. De grootste toegevoegde waarde zit in de systeemintegratie.
• In Carré nr. 2 verschijnt een artikel van lkol b.d. Evert Jan Kwint over onvoldoende combat readiness van de Nederlandse krijgsmacht. Hij roept op alles te zetten op herstel van de basisgereedheid en de prioriteit te leggen bij de voorbereiding op de bondgenootschappelijke verdediging. Verder een artikel van secretaris-D&K over de moeizame en vaak vertragende rol van de bonden en centrales bij de uitvoering van reorganisaties aan de ene kant en de bescherming van hun enige machtsmiddel, stilleggen van de onderhandelingen, aan de andere kant.
• In Carré nr. 3: ’De landmacht na de Defensienota’ van D&K-lid Ad de Rooij en ’Hoe de Amerikaanse nationale veiligheidsstrategie China onderschat en het gevolg voor Europa’ door D&K-lid Jaap Anten.
• Op 23 mei presenteert secretaris-D&K voor de NOV-Afdeling Zuid de activiteiten van de werkgroep in aanloop naar de verkiezingen in 2017 en de Defensienota 2018.
• In Carré nr. 4 en 5 staan vijf D&K-artikelen gerelateerd aan de Defensienota 2018.
• Secretaris D&K Frans Ebbelaar reageert in de Militaire Spectator nr. 6 op het artikel ‘Strategische vaagheid’ en ondersteunt daarin de bewuste keuze van CLAS voor de prioriteit bij de voorbereiding op de verdediging van het eigen en bondgenootschappelijk grondgebied.
• Op 14 september informeert IT-security-officier DMO Joost de Jong D&K over de onmisbaarheid van IT in de huidige (defensie-)wereld en daarmee ook de kwetsbaarheid van IT. Hij trekt een parallel tussen nucleaire wapens en cyberwarfare. Als grootste gevaar ziet hij echter het eigen personeel: het zittende personeel dat onachtzaam is ten opzichte van veiligheid, ontslagen personeel dat wraak wil nemen, gepensioneerd personeel dat met hun kennis van de organisatie zelf gaat programmeren.
• Cdre b.d. drs. Don Nagel vraagt zich in Carré nr. 6 af hoe het verder moet met het streven naar een defensiebudget van 2% van het bbp. Strekking: gewoon je afspraken nakomen!
• Voor het NOV-symposium op 9 oktober over de lessen van de computerondersteunde oefening Deep Strike van 43 Mechbrig leveren enkele D&K-leden veel inspanning. Hoofd-organisator en moderator is D&K-lid bgen b.d. ir. Bert Booman.
• Directeur Van de stichting Nederlandse Industrie voor Defensie en Veiligheid (NIDV) kol b.d. mr. Ron Nulkes geeft D&K inzicht in de wijze van aanbesteden van militaire assets. In de Europese defensie is een consolidatie gaande; bij de industrie, maar ook bij de krijgsmachten. Er is geen gelijk speelveld door de aanmerkelijke subsidies die in sommige landen, bijv. Frankrijk, aan de industrie worden verstrekt. Art 346 VwEU[2] (niet Europees aanbesteden) wordt breed toegepast. Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk besteden vooral binnenlands, respectievelijk 98%, 96% en 84%. De ADV (Aanbestedingswet Defensie en Veiligheid), laat veel uitzonderingen toe. Europa neemt veel initiatieven om dit te doorbreken. Het European Defence Fund is daar een van. De Nederlandse ‘Gouden driehoek’ moet steeds meer rekening houden met de diverse Europese initiatieven op dit gebied om aan bod te blijven.
• In Carré nr. 7 beschrijft D&K haar advies aan de GOV duovoorzitters over de te bepleiten thema’s voor de Herijking 2020.
• In de loop van 2018 voeren voorzitter en secretaris D&K informerende gesprekken met Kamerleden van verschillende partijen. Tijdens de oefening Deep Strike van 43 Mechbrig begeleidt voorzitter D&K, genm b.d. Harm de Jonge de Tweede Kamerleden Bruins Slot en Bosman op hun verzoek bij een werkbezoek. Beiden willen meer zicht krijgen op noodzakelijke elementen van de Herijking 2020.
• Ook in 2018 voorziet D&K-nestor bgen b.d. Jelle Reitsma krijgsmacht-ontwikkelingen verschillende keren van commentaar op internet tv-zender Family7 voor het actualiteitenprogramma ‘Uitgelicht!’[3].
• Voor de eigen voorbereiding op de Herijking brengt voorzitter D&K een werkbezoek aan het NATO-hoofdkwartier om dieper inzicht te verwerven over het NATO Defence Planning Process en de NATO Defence Capability Review 2017/2018 The Netherlands.
• Op 16 oktober houdt een deputatie van D&K een discussiesessie met een afvaardiging van TNO Strategic Defence Analysis. De thema’s zijn de concretisering van een ‘robuuste en wendbare krijgsmacht’ en ‘de impact op de business van de Nederlandse R&D-instituten door het steeds meer samenwerken van krijgsmachtdelen, clusteren van aan Defensie gerelateerde bedrijven en het sturen van de EU door middel van subsidies in de door haar gewenste richting’.

6. Samenstelling van de werkgroep D&K

Ook in 2018 bestaat de werkgroep uit een mix van deelnemers: zes actieve en tien post-actieve officieren, twee (oud-) reserveofficieren en twee niet-militairen. De krijgsmachtsdelen zijn als volgt vertegenwoordigd; twaalf leden met een landmacht relatie, twee met een marine achtergrond en vier afkomstig van de luchtmacht. De militaire rangen lopen uiteen van genm tot kap/ritm. Versterking van onze marine- en marechaussee-expertise is meer dan welkom.

Naar 2019

De werkgroep wenst u een goede overgang naar het nieuwe jaar. Een jaar waarin wij ons opnieuw zullen inzetten voor het stapsgewijs groeien naar een volwaardige, gerespecteerde, gevulde en getrainde, voor haar taken berekende krijgsmacht.

Bent u in een inzetgebied, dan wij wensen wij u voldoening bij het volbrengen van uw missie en natuurlijk vooral veel krijgsmansgeluk.

 

Eindnoten

  1. https://www.nederlandseofficierenvereniging.nl/denk/deltaplan-defensie
  2. Art 346, Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, Rome, 25-03-1957, lid 1b: elke lidstaat kan de maatregelen nemen die hij noodzakelijk acht voor de bescherming van de wezenlijke belangen van zijn veiligheid en die betrekking hebben op de productie van of de handel in wapenen, munitie en oorlogsmateriaal; die maatregelen mogen de mededingingsverhoudingen op de interne markt niet wijzigen voor producten die niet bestemd zijn voor specifiek militaire doeleinden.
  3. https://www.youtube.com/watch?v=2gEtP9f5Qlw